Samenvatting van de verplichtingen die voortvloeien uit opname van SVHC's in de Kandidatenlijst

Bedrijven hebben mogelijk wettelijke verplichtingen die voortvloeien uit de opname van stoffen in de kandidatenlijst. Deze verplichtingen, die gelden vanaf de datum van opname, hebben niet alleen betrekking op de opgenomen stoffen als zodanig of in mengsels, maar ook op de aanwezigheid ervan in voorwerpen.

Stoffen in voorwerpen

Verplichting om klanten en consumenten te informeren op grond van REACH

In de EU of EER gevestigde leveranciers van voorwerpen die stoffen van de kandidatenlijst bevatten in een concentratie van meer dan 0,1 % g/g, moeten aan hun klanten voldoende informatie aanleveren om een veilig gebruik van het artikel mogelijk te maken.

Op verzoek van een consument moeten in de EU of EER gevestigde leveranciers van voorwerpen die stoffen van de kandidatenlijst bevatten in een concentratie van meer dan 0,1 % g/g, voldoende informatie aanleveren om een veilig gebruik van het voorwerp mogelijk te maken. Deze informatie moet binnen 45 dagen na ontvangst van het verzoek worden aangeleverd.

Verplichting om ECHA in kennis te stellen op grond van REACH

In de EU of EER gevestigde producenten of importeurs van voorwerpen moeten ECHA ervan in kennis stellen als hun voorwerp een stof van de kandidatenlijst bevat. Deze verplichting geldt als de totale hoeveelheid van de stof in die voorwerpen meer dan een ton per producent of importeur per jaar bedraagt en als de stof in deze voorwerpen aanwezig is in een concentratie van meer dan 0,1 % g/g.

De kennisgevingen moeten uiterlijk zes maanden na opname in de kandidatenlijst worden ingediend. Een kennisgeving is niet vereist wanneer:

de producent of importeur van een voorwerp blootstelling van de mens en het milieu tijdens het gebruik en de verwijdering van het voorwerp kan uitsluiten. In dergelijke gevallen dient de producent of importeur echter passende instructies aan de afnemer van het voorwerp te verstrekken;
de stof al geregistreerd is voor die vorm van gebruik.

Verplichting om ECHA in kennis te stellen op grond van de kaderrichtlijn afvalstoffen (SCIP-databank)

In de EU gevestigde leveranciers van voorwerpen die stoffen van de kandidatenlijst bevatten in een concentratie van meer dan 0,1 % g/g, zijn verplicht om informatie over deze voorwerpen in te dienen bij ECHA wanneer zij deze in de EU in de handel brengen. Deze informatie wordt gepubliceerd in de SCIP-databank die is opgezet uit hoofde van de kaderrichtlijn afvalstoffen (KRA). Hierdoor is de informatie over voorwerpen die stoffen van de kandidatenlijst bevatten beschikbaar voor afvalverwerkers en consumenten.

 

Veiligheidsinformatiebladen voor stoffen als zodanig en stoffen in mengsels

In de EU of EER gevestigde leveranciers van stoffen van de kandidatenlijst (die als zodanig of in mengsels worden geleverd) dienen een veiligheidsinformatieblad aan hun klanten te verstrekken.

Rubriek 15 van reeds bestaande veiligheidsinformatiebladen moet worden bijgewerkt ter afspiegeling van de identificatie van de stof als SVHC (artikel 31, lid 9, onder a)).

In de EU of EER gevestigde leveranciers van mengsels die niet ingedeeld zijn als gevaarlijk op grond van Verordening (EG) nr. 1272/2008 betreffende de indeling, etikettering en verpakking van stoffen en mengsels dienen de afnemers op verzoek een veiligheidsinformatieblad te verstrekken indien:

  • het mengsel ten minste één stof bevat met een afzonderlijke concentratie in het mengsel ≥ 0,1 % g/g voor niet-gasvormige mengsels; en
  • die stof op grond van artikel 57, onder d) (persistent, bioaccumulerend en toxisch (PBT)), e) (zeer persistent en zeer bioaccumulerend (zPzB)) of f) (stof die even zorgwekkend is) op de kandidatenlijst staat.

Dit doet geen afbreuk aan de algemene verplichting voor alle in de EU of EER gevestigde leveranciers van mengsels die niet ingedeeld zijn als gevaarlijk op grond van Verordening (EG) nr. 1272/2008 om de afnemers op verzoek een veiligheidsinformatieblad te verstrekken als het mengsel een stof bevat met een afzonderlijke concentratie ≥ 1 % g/g voor niet-gasvormige mengsels en ≥ 0,2 % volumeprocent voor gasvormige mengsels wanneer die stof gezondheids- of milieugevaren met zich meebrengt.

Minimalisatie van emissies

Voor stoffen die voldoen aan de PBT- en zPzB-criteria dienen producenten en importeurs de informatie uiterlijk wanneer ze als zodanig op de kandidatenlijst worden opgenomen in hun CSR te gebruiken wanneer ze op hun locaties risicobeheersmaatregelen implementeren en deze aan downstreamgebruikers aanbevelen om blootstelling en emissies voor de mens en het milieu tot een minimum te beperken. Op basis van die aanbeveling moeten downstreamgebruikers passende maatregelen vaststellen en toepassen om de hiermee in verband staande risico’s op adequate wijze te beheersen.